Het reinigen van een gaatje
Helaas kan bij een halfjaarlijkse controle door de tandarts blijken, dat ergens in het gebit toch een gaatje is ontstaan.
De plaatsen waar gaatjes het eerst ontstaan, zijn de groeven in de kiezen en waar tanden en kiezen tegen elkaar aan staan.
Voordat een vulling gemaakt kan worden moet altijd eerst het aangetaste tandweefsel worden verwijderd.
Het reinigen van een gaatje wordt door patiënten ook wel “boren” genoemd, tandartsen spreken liever over “prepareren”.
Eerst wordt het glazuur doorboord om toegang te geven tot het zacht geworden dentine. De tandarts gebruikt daarvoor een
snel draaiend diamantsteentje in een door lucht aangedreven instrument, een z.g. turbine hoekstuk. Het diamantsteentje heeft een doorsnede van 1 tot 1,2 millimeter.
Wanneer voldoende toegang is gemaakt wordt het onderliggende zacht geworden dentine verwijderd. Dit gebeurt met een langzamer draaiend rond staalboortje met een diameter van 1,4 tot 2,3 millimeter.
Het dentine wordt verwijderd, totdat de overgang van glazuur naar dentine schoon is, dat wil zeggen totdat het dentine op die overgang overal hard is.
De meeste mensen associëren het prepareren met een vervelend geluid en met pijn.
Door de voortschrijdende techniek zijn de turbines in de loop der jaren een stuk stiller geworden.
De pijn kan vermeden worden door het het gebruik van verdoving. De tandarts zal meestal ingaan op het verzoek van een patiënt om verdoving te geven.
Amalgaamvullingen
Voor het maken van een vulling kan een tandarts kiezen uit een aantal verschillende materialen. Die keuze kan worden bepaald door de plaats en zichtbaarheid van de vulling, maar ook door de duurzaamheid en de prijs voor de patiënt.
Één van de mogelijke materialen is amalgaam. Dit materiaal wordt, welliswaar in gewijzigde vorm, al meer dan 100 jaar in de tandheelkunde toegepast. Het is een sterk, slijtvast, duurzaam en relatief goedkoop materiaal. Het heeft als nadeel, dat het een grijze metaalachtige kleur heeft.
Tegenwoordig wordt hoofdzakelijk composiet toegepast als vulmateriaal. Dit zijn tandkleurige vullingen.
Tijdens een halfjaarlijkse controle tast de tandarts de elementen af met behulp van een sonde (het “haakje”).
Bij deze kies is in de groef op het kauwvlak een kenmerkende verkleuring zichtbaar en de sonde blijft haken.
Het gaatje is gereinigd, waarbij de gehele groef in de preparatie is meegenomen. Dit om te voorkomen, dat op de rand van de vulling een nieuw gaatje kan ontstaan.
Het geprepareerde gaatje is gevuld door middel van amalgaam. In eerste instantie is de nieuwe vulling mat-grijs. Later zal hij iets donkerder worden en wat meer gaan glimmen, zoals de vulling in het buurelement. De tandarts kan de vulling later op hoogglans polijsten.
Composietvulling in de tanden
Wanneer er een vulling in een voortand gemaakt moet worden zal de tandarts altijd kiezen voor een tandkleurig vulmateriaal. Het meest toegepaste materiaal is het z.g. composiet, een kunststofvulling, waarin gemalen glas- of kwartsdeeltjes zijn verwerkt.
Composiet wordt altijd verwerkt in combinatie met de “etstechniek”, waarbij het glazuur eerst voorbewerkt wordt met fosforzuur houdende gel. Deze techniek heeft als voordeel, dat de composietvulling een betere hechting krijgt aan het glazuur, daardoor beter aansluit en bijna onzichtbaar wordt.
Bij deze patiënt werden twee gaatjes gevonden. Eén aan de rechterzijde van de tweede snijtand en één aan de linkerzijde van de eerste snijtand.
De gaatjes zijn gereinigd en de randen werden enigszins afgeschuind. Voor het vullen wordt de preparatie geëtst met fosforzuur houdende gel en wordt een verbindingsmiddel aangebracht.
Het vulmateriaal is aangebracht en uitgehard met behulp van blauw licht. Na het uitharden worden de vullingen afgewerkt en gepolijst.
Composietvulling in kiezen
Voor een vulling in een kies kan de tandarts behalve voor amalgaam ook kiezen voor een composietvulling. Meestal wordt hiervoor in verband met de slijtvastheid een sterkere composietsoort gekozen.
Bij deze patiënt was van de eerste kies linksboven het buitenste deel afgebroken. Vanwege de zichtbaarheid van die plaats werd ervoor gekozen om de gehele vulling te vervangen door een composietvulling.
Eerst wordt al het amalgaam en eventueel aangetast dentine verwijderd. Vervolgens worden de randen van de preparatie enigszins afgeschuind.
De preparatie is klaar om gevuld te worden. Alvorens de vulling aan te brengen wordt een beschermende onderlaag aangebracht.
De nieuwe composietvulling is afgewerkt en op hoogglans gepolijst. Tenslotte wordt de patiënt gevraagd de kiezen op elkaar te zetten om te controleren of de vulling niet te hoog is.